Fuseepennen,-lageringen,-bussen en -kogels
Artikel 5.2.19Actuele regelgeving
-
1.
De fuseepennen, -lageringen, -bussen en -kogels van personenauto’s moeten deugdelijk zijn bevestigd.Wijze van keurenVisuele controle, terwijl de personenauto zich boven een inspectieput of op een hefinrichting bevindt. -
2.
Stofhoezen van fuseekogels moeten deugdelijk zijn bevestigd en mogen niet zodanig zijn beschadigd dat de hoezen niet meer afdichten.Wijze van keurenVisuele controle, terwijl de personenauto zich boven een inspectieput of op een hefinrichting bevindt. -
3.
De fuseepennen, -lageringen, -bussen en -kogels alsmede de overige draaipunten van een volledig onafhankelijke wielophanging mogen niet te veel speling vertonen. Hierbij is het bepaalde in Aanvullende permanente eisen, artikelen 46, 47 en 48, van toepassing.
Wijze van keurenVisuele controle, terwijl de personenauto zich boven een inspectieput of op een hefinrichting bevindt. De speling wordt op de juiste wijze zichtbaar gemaakt. In geval van twijfel wordt de speling gemeten met een geschikt meetmiddel.Aanvullende permanente eisenArtikel 46
- Fuseepennen, -lageringen en -bussen mogen, naast eventuele oorspronkelijke speling, door slijtageverschijnselen niet meer speling hebben dan:
- in radiale richting, zoals weergegeven in figuur 11: 1,5 mm in het bovenste of onderste draaipunt, en 2,0 mm in het bovenste en onderste draaipunt samen;
- in axiale richting, zoals weergegeven in figuur 11: 1,0 mm.
- De oorspronkelijke speling, bedoeld in het eerste lid, wordt met behulp van het werkplaatshandboek of informatie van de fabrikant van het desbetreffende onderdeel vastgesteld.
Artikel 47
- Fuseekogels mogen, naast eventuele oorspronkelijke speling, door slijtageverschijnselen niet meer speling hebben dan
- 1,0 mm, in radiale richting, zoals weergegeven in figuur 12;
- 1,0 mm, in axiale richting, zoals weergegeven in figuur 12.
- De oorspronkelijke speling, bedoeld in het eerste
lid, die het gevolg is van indrukking van het veerelement in de kogel, wordt vastgesteld:
- met behulp van het werkplaatshandboek of soortgelijke informatie, dan wel
- door middel van indrukking van een nieuwe kogel.
Artikel 48
- De draaipunten in een volledig onafhankelijke wielophanging anders dan bedoeld in de artikelen 46 en 47, met uitzondering van kogelgewrichten, mogen:
- in de richting van de belasting door slijtageverschijnselen niet meer speling hebben dan 1,0 mm, waarbij de elasticiteit van het rubber buiten beschouwing wordt gelaten;
- ten gevolge van de zijdelingse verplaatsing geen contactplekken vertonen.
- Het eerste lid is niet van toepassing op het bovenste draaipunt van een wielgeleidend systeem waarin elementen van de sturing, vering en schokdemping zijn gecombineerd, het zogenaamde MacPherson-wielophangingsysteem.
- Indien het draaipunt een kogelgewricht betreft, mag deze door slijtageverschijnselen niet meer speling hebben dan:
- 1,0 mm, in radiale richting;
- 1,0 mm, in axiale richting.
ToelichtingFuseestuk dat door middel van draagarmen met de carrosserie is verbonden
Op de foto ziet u een fuseestuk dat door draagarmen met de carrosserie is verbonden. Dit fuseestuk kan alleen in het verticale vlak bewegen (op en neer). In dit fuseestuk is een tweede fuseestuk gemonteerd dat in het horizontale vlak kan bewegen (draaien). Hieraan is de wielnaaf bevestigd. Het tweede fuseestuk is aan de bovenkant bevestigd met een fuseekogel. Aan de onderkant zit een bevestigingspunt, dat het meest lijkt op een fuseepen met rollagers.
Op de bovenste fuseekogel mag maximaal 1 mm radiaal en 1 mm axiaal slijtagespeling zitten. Het onderste bevestigingspunt moet u beoordelen als een fuseepen. Deze mag maximaal 1,5 mm radiale speling hebben.
Beoordelen volledig onafhankelijke wielophanging
Overig draaipunt:
Hiervoor gelden de eisen vermeld in artikel 48 van de Aanvullende permanente eisen. Bij sommige constructies van een volledig onafhankelijke wielophanging is niet duidelijk of het een draaipunt of een bevestigingspunt is. In dat geval gelden beide als overig draaipunt en is artikel 48 van de Aanvullende permanente eisen van toepassing.
Bevestigingspunt
Hiervoor geldt de eis dat het deugdelijk aan het voertuig bevestigd moet zijn. Bij sommige constructies van een volledig onafhankelijke wielophanging is niet duidelijk of het een draaipunt of een bevestigingspunt is. In dat geval gelden beide als overig draaipunt en is artikel 48 van de Aanvullende permanente eisen van toepassing.
- Fuseepennen, -lageringen en -bussen mogen, naast eventuele oorspronkelijke speling, door slijtageverschijnselen niet meer speling hebben dan:
-
4.
Indien een gedeelte van de binnenkant van het fuseekogelhoes en van de fuseekogel zichtbaar is doordat de hoes is beschadigd of ontbreekt, mag dit gedeelte geen corrosie vertonen.Wijze van keurenIndien de hoes is beschadigd of ontbreekt, vindt visuele controle plaats, terwijl de personenauto zich boven een inspectieput of op een hefinrichting bevindt.