Noodvoorzieningen
Artikel 5.2.76Actuele regelgeving
-
1.
Indien in het goedkeuringsdocument een nooduitgang in het dak of een noodhamer is aangegeven, moet ten minste één van beide aanwezig zijn.Wijze van keurenVisuele controle. -
2.
De nooduitgang in het dak moet van binnen en van buiten kunnen worden geopendWijze van keurenVisuele controle, waarbij de nooduitgang aan de binnenzijde moet worden geopend en gesloten. -
3.
De noodhamer moet zodanig zijn bevestigd dat deze kan worden gebruikt door een zich in het voertuig bevindend persoon vanuit een positie direct voor het noodraam.Wijze van keurenVisuele controle, waarbij de noodhamer uit de inklemming wordt verwijderd en weer wordt aangebracht. -
4.
Met een in het goedkeuringsdocument bij een schuifdeur aangegeven tweede deurklink, moet de betreffende schuifdeur kunnen worden geopend.Wijze van keurenVisuele controle, waarbij de schuifdeur aan de binnenzijde moet worden geopend en gesloten.