Kleur verplichte lichten

Artikel 5.8.53

Actuele regelgeving

  1. 1.

    De dimlichten en stadslichten mogen niet anders dan wit of geel stralen.
    Wijze van keuren
    Visuele controle, waarbij de desbetreffende lichten worden ingeschakeld.
  2. 2.

    De richtingaanwijzers en waarschuwingsknipperlichten mogen naar voren niet anders dan ambergeel of wit en naar achteren niet anders dan ambergeel of rood stralen.
    Wijze van keuren
    Visuele controle, waarbij de desbetreffende lichten worden ingeschakeld.
  3. 3.

    De achterlichten en mistachterlichten mogen niet anders dan rood stralen.
    Wijze van keuren
    Visuele controle, waarbij de desbetreffende lichten worden ingeschakeld.
  4. 4.

    De remlichten mogen niet anders dan rood of ambergeel stralen.
    Wijze van keuren
    Visuele controle, waarbij de desbetreffende lichten worden ingeschakeld.
  5. 5.

    De achterkentekenplaatverlichting mag niet anders dan wit stralen en mag niet naar achteren stralen.
    Wijze van keuren
    Visuele controle, waarbij de desbetreffende lichten worden ingeschakeld.
  6. 6.

    De zijmarkeringslichten mogen niet anders dan ambergeel stralen, met uitzondering van het achterste zijmarkeringslicht, dat ambergeel dan wel rood mag stralen.
    Wijze van keuren
    Visuele controle, waarbij de desbetreffende lichten worden ingeschakeld.