Voorvork en balhoofdlagering
Artikel 5.5.30Actuele regelgeving
-
1.
Indien het driewielig motorrijtuig is voorzien van een voorvork, moet deze zonder zware punten in het balhoofd kunnen draaien.Wijze van keurenVisuele controle, waarbij het voorwiel naar de uiterste linker- en rechterstuurstand wordt bewogen, terwijl de massa van het driewielige motorrijtuig op de grond rust. -
2.
De balhoofdlagering mag geen zichtbare speling vertonen.Wijze van keurenVisuele controle, waarbij het driewielige motorrijtuig in voorwaartse beweging wordt gebracht, waarna de voorwielrem in werking wordt gesteld, dan wel het voorwiel wordt ontlast en de voorvork wordt bewogen.